Henriette Boas
€600,00 incl. btw
(1911-2001) Journalist en publicist
Inzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik.
Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.
Beschrijving
Henriette Boas groeide op in een traditioneel, maar liberaal, Amsterdams joods gezin. Ze rondde het Stedelijk Gymnasium af en ging, net als haar vader, klassieke talen studeren. Boas werd lid van de Amsterdamse Vrouwelijke Studenten Vereeniging en ze trad toe tot de Nederlandse Zionistische Studentenorganisatie. Voor de ‘joodse zaak’ zou ze zich haar leven lang inzetten. Boas vertrok in februari 1940 naar Parijs, waar ze de Duitse inval meemaakte. Haar broer en zus waren toen al naar Palestina geëmigreerd. Zelf kon ze Parijs ontvluchten door de oversteek naar Londen te maken. Ze verhuisde in 1947 naar Jeruzalem en maakte een jaar later de stichting van de staat Israël mee. In Israël werkte ze als freelance journalist. Maar het leven in de nieuwe staat was zwaar en in 1951 keerde ze terug naar Amsterdam. Eenmaal terug op Nederlandse bodem werd Boas correspondent voor diverse Israëlische kranten zoals Ha-aretz en The Jerusalem Post. Daarnaast leverde ze bijdragen aan diverse joodse bladen en hield ze zich bezig met het schrijven van ingezonden brieven. Iets dat haar de naam ‘koningin van de ingezonden brief’ opleverde. Vanwege de beperkte inkomsten besloot ze ook aan de slag te gaan als docent klassieke talen. Bekendheid verwierf ze met haar rol in de zogenaamde Weinreb-affaire en de zaak Menten. Boas geloofde de verzetsverhalen van Weinreb niet en kreeg ook gelijk. Boas gaf een tip in de zaak Menten over de geplande veiling van zijn bezittingen. Die tip leidde tot nieuw onderzoek naar Mentens oorlogsverleden én een nieuwe veroordeling. Te midden van duizenden boeken, knipsels en tijdschriften overleed Boas in 2001 door een val in haar huis. Drie jaar later werd de Dr. Henriette Boas Prijs in het leven geroepen voor opmerkelijke journalistieke en populairwetenschappelijke prestaties. Materiaal: foto, textiel Fotograaf: Philip Mechanicus
Quick Comparison
Settings | Henriette Boas remove | Trijntje Beimers remove | Ellin Maria Agnes Robles remove | Hanny Schaft remove | Sylvia Millecam remove | Clara de Vries remove |
---|---|---|---|---|---|---|
Name | Henriette Boas remove | Trijntje Beimers remove | Ellin Maria Agnes Robles remove | Hanny Schaft remove | Sylvia Millecam remove | Clara de Vries remove |
Image | ![]() | ![]() | ![]() | ![]() | ![]() | ![]() |
SKU | ||||||
Rating | ||||||
Price | €600,00 incl. btw | €600,00 incl. btw | €600,00 incl. btw | €600,00 incl. btw | €600,00 incl. btw | €600,00 incl. btw |
Stock | Uitverkocht | Uitverkocht | ||||
Availability | Uitverkocht | Uitverkocht | ||||
Add to cart | ||||||
Description | (1911-2001) Journalist en publicistInzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.BeschrijvingHenriette Boas groeide op in een traditioneel, maar liberaal, Amsterdams joods gezin. Ze rondde het Stedelijk Gymnasium af en ging, net als haar vader, klassieke talen studeren. Boas werd lid van de Amsterdamse Vrouwelijke Studenten Vereeniging en ze trad toe tot de Nederlandse Zionistische Studentenorganisatie. Voor de ‘joodse zaak’ zou ze zich haar leven lang inzetten. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] Boas vertrok in februari 1940 naar Parijs, waar ze de Duitse inval meemaakte. Haar broer en zus waren toen al naar Palestina geëmigreerd. Zelf kon ze Parijs ontvluchten door de oversteek naar Londen te maken. Ze verhuisde in 1947 naar Jeruzalem en maakte een jaar later de stichting van de staat Israël mee. In Israël werkte ze als freelance journalist. Maar het leven in de nieuwe staat was zwaar en in 1951 keerde ze terug naar Amsterdam. Eenmaal terug op Nederlandse bodem werd Boas correspondent voor diverse Israëlische kranten zoals Ha-aretz en The Jerusalem Post. Daarnaast leverde ze bijdragen aan diverse joodse bladen en hield ze zich bezig met het schrijven van ingezonden brieven. Iets dat haar de naam ‘koningin van de ingezonden brief’ opleverde. Vanwege de beperkte inkomsten besloot ze ook aan de slag te gaan als docent klassieke talen. Bekendheid verwierf ze met haar rol in de zogenaamde Weinreb-affaire en de zaak Menten. Boas geloofde de verzetsverhalen van Weinreb niet en kreeg ook gelijk. Boas gaf een tip in de zaak Menten over de geplande veiling van zijn bezittingen. Die tip leidde tot nieuw onderzoek naar Mentens oorlogsverleden én een nieuwe veroordeling. Te midden van duizenden boeken, knipsels en tijdschriften overleed Boas in 2001 door een val in haar huis. Drie jaar later werd de Dr. Henriette Boas Prijs in het leven geroepen voor opmerkelijke journalistieke en populairwetenschappelijke prestaties. Materiaal: foto, textiel Fotograaf: Philip Mechanicus [/expander_maker] | (1922 -2006) Zendingswerker en VerplegerInzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.BeschrijvingAls oudste van tien kinderen werd Trijntje Beimers geboren in een boerengezin in Friesland. Ze waren gereformeerd en Beimers ging naar een Christelijke school. Op haar vijftiende besloot ze dat haar toekomst in het zendingswerk lag. In de oorlog was het gezin Beimers betrokken bij het verzet. Trijntje bracht illegale kranten rond en de familie verborg een onderduiker. Na verloop van tijd moest ook Trijntje onderduiken. Na de oorlog volgde Beimers de verpleegstersopleiding in Leeuwarden en was ze actief in het Christelijk jeugdwerk. In 1953 haalde ze bovendien haar bevoegdheid als godsdienstonderwijzer. Aan het eind van dat jaar volgde uitzending naar Tanzania. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] Twaalf jaar lang werkte Beimers in Tatanda in Tanzania bij het Amerikaanse echtpaar Otto Deming en Gladys Deming-Van Buren. Ze richtte er een polikliniek op en verleende medische hulp aan de bevolking. In de ochtend hielp ze bij het zendingswerk en in de bijbelschool. Diverse kinderen werden door Beimers geadopteerd. Zij wilde graag een eigen kindertehuis beginnen, maar het echtpaar Deming was het daar niet mee eens. Met een aantal medewerkers vertrok Beimers daarop naar Kilangala. In 1968 werd daar het eerste kindertehuis opgericht naast een polikliniek die zou uitgroeien tot ziekenhuis. Beimers werkte ondertussen als zendeling en verkondigde het geloof van de Evangelische Broedergemeente gedurende haar rondreizen in meer dan 400 dorpen. Nadat de post in Kilangala in 1976 was overgedragen aan een van haar adoptiekinderen begon Beimers een nieuwe zendingspost in Muleti. Beimers richtte er een kindertehuis op en een kerk. Ook werkte ze aan de vertaling van het Nieuwe Testament in het Kifipa. In 1987 werd de vertaling door het OostafrikaansBijbelgenootschap uitgegeven. Beimers droeg de post in Muleti in 1995 over aan Nederlandse zendelingen. Ze keerde terug naar Kilangala. Op 13 juni 2006 overleed ze. De Stichting Trijntje Beimers is nog steeds actief en werkt met het Zeister Zendingsgenootschap samen aan de verdere ontwikkeling van de door Beimers opgerichte zendingsposten. Materiaal: foto, knipsels Fotograaf: onbekende fotograaf [/expander_maker] | (1951-2011) Bestuurder en columnistInzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.BeschrijvingEllin Robles werd geboren in Suriname en was de jongste in een gezin van negen kinderen. Door een zuurstofgebrek bij de geboorte was ze licht spastisch. Toen haar vader in 1962 overleed, bleef haar moeder achter met de kinderen. In 1970 besloot Robles rechten te gaan studeren aan de Universiteit van Suriname. Ze werd politiek actief en schreef in 1972 twee stukken waarin ze het idee uitte om discriminatie met geweld tegen te gaan, precies zoals de Amerikaanse Black Power-beweging voorstond. Daarnaast was ze betrokken bij de rechtswinkel in Paramaribo. Na haar afstuderen werkte ze als juridisch medewerker bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken in Suriname. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] Op 28-jarige leeftijd vertrok Robles naar Nederland en vond vrijwel direct een baan bij de gemeente Amsterdam. In 1982, op het moment van de decembermoorden, was Robles voor langere tijd in Suriname. Ze onderzocht een mogelijke terugkeer maar in de onrust na de moorden moest ze met haar familie vluchten naar Albina, aan de grens met Frans Guyana. Een jaar later keerde ze terug naar Amsterdam, maar ze ging al gauw naar New York om daar te werken in een onderwijsprogramma voor kansarme kinderen. In 1985 was ze medeoprichter van het Gemeentelijk Allochtonen Overleg van Amsterdam. Robles werkte in sneltreinvaart aan haar carrière. Zo werd ze in 1991 gevraagd om de Amsterdamse Stichting Blijf van m’n lijf te reorganiseren. Daar kwam ze in contact met Judith Meijer, met wie ze tot haar dood zou samen blijven. Ze werd in 1992 directeur van Het Muziekpakhuis en zes jaar later werd ze directeur van de Hortus Botanicus in Amsterdam. Rond de eeuwwisseling werd die functie opgevolgd met een positie als directeur van welzijnsorganisatie Alcidez ZO. In 2003 stelde ze daar financiële misstanden van het bestuur aan de orde, met als gevolg dat zij op nonactief werd gezet. Ze nam een sabbatical en begon als columniste bij Het Parool. Naast haar werk was Robles voorzitter van de Stichting Flamboyant (landelijk documentatiecentrum voor zwarte vrouwen), voorzitter van de Stichting Maatschappij Oude en Nieuwe Media, van Tegen Haar Wil Amsterdam, de Landelijke Ombudsvrouw, Stichting Kinderen van de Vrede, de Muziekschool Amsterdam en Women Inc. Haar leven lang zette ze zich in voor gelijke rechten van minderheden door deel te nemen aan werkgroepen en discussies of via haar columns. Vanaf 2004 kreeg Robles in toenemende mate last van haar gezondheid, niet alleen fysiek maar ook mentaal. Ze zocht hulp om menswaardig te kunnen sterven, maar kreeg die hulp niet. Daarom besloot ze in 2010 te versterven, dat ze heeft beschreven in het boek Banneling. Robles overleed op 2 november 2011. Materiaal: foto, textiel, borduursel Fotograaf: Suzanne Dorrestein [/expander_maker] | (Jannetje Johanna) (1920-1945) VerzetstrijderInzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.BeschrijvingJannetje Schaft kwam uit een socialistisch gezin. Ze ging naar school in Haarlem en haalde in 1937 haar HBS-B diploma. Hierna studeerde ze rechten aan de Universiteit van Amsterdam. In 1943 verliet ze de universiteit omdat ze weigerde de loyaliteitsverklaring te ondertekenen. Een jaar eerder was Schaft betrokken geweest bij het vervalsen van persoonswijzen. Ze nam ze mee, bijvoorbeeld van mensen uit het Zuiderbad, en overhandigde ze aan een studiegenoot die ze liet vervalsen. In het voorjaar van 1943 doken twee Joodse studiegenoten onder bij haar ouders in Haarlem. Kort erna sloot ze zich aan bij de Raad van Verzet, afdeling Haarlem. Ze werkte veel als koerier. Samen met Jan Bonekamp heeft Schaft een aantal collaborateurs neergeschoten. Op 21 juni 1944 ging dat mis. Schaft schoot de Zaanse politiecommandant Ragut neer, maar die kon nog net op Bonekamp schieten voor hij overleed. Bonekamp werd dodelijk geraakt. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] Schaft dook hierna onder in Haarlem maar bleef werkzaam in het verzet. Samen met Truus Oversteegen verrichtte ze koerierswerk. Schaft nam deel aan het opblazen van een Duitse munitietrein bij Santpoort en het ophalen van vijf kisten munitie van de Kriegsmarine in de haven van IJmuiden. Op 21 maart 1945 ging Schaft met illegale bladen en een pistool per fiets naar IJmuiden. In Haarlem-Noord werd ze gepakt door de Duitsers en overgebracht naar het Huis van Bewaring in Amsterdam. Ze bekende vijf liquidaties te hebben uitgevoerd. Op bevel van Willy Lages, Aussendienstleiter bij de Sicherheitspolizei, werd Schaft op 17 april 1945 gefusilleerd in de duinen van Overveen. Op 27 november van dat jaar werden haar stoffelijke resten herbegraven op de erebegraafplaats van Bloemendaal, als enige vrouw tussen de verder mannelijke verzetsstrijders. Het leven van Schaft werd verfilmd onder de titel Het meisje met het rode haar. Materiaal: foto, borduursels Fotograaf: onbekende fotograaf [/expander_maker] | (Sylvia Maria Millecam)(1956-2016) Acteur, tv-persoonlijkheid en comédienneInzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.BeschrijvingSylvia Millecam wist al vroeg dat ze actrice wilde worden. In de kerk speelde ze mee in toneelstukken en zong ze in het koor. Ze deed in 1975 auditie voor de kleinkunstacademie in Amsterdam, maar ze werd niet aangenomen. Na bij meerdere academies te hebben geauditeerd werd ze in 1977 toegelaten in Maastricht. Al gauw, nog tijdens haar studie, maakte Millecam haar televisiedebuut. Na haar opleiding speelde ze in verschillende tv-series, toneelstukken en films. Bekend werd ze met programma’s als Het Klokhuis en Ook dat nog!. In de jaren negentig presenteerde Millecam onder andere het programma Knoop in je zakdoek. In 1989 stond ze in de Playboy. Het nummer Brand nam ze in 1992 op, een Engels nummer gezongen in Overijssels dialect. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] In 1999 werd een knobbeltje gevonden in haar borst. Vanwege een slechte ervaring van haar vader met de medische wereld, besloot Millecam zich niet te wenden tot de reguliere geneeskunde. Een half jaar later was de tumor gegroeid. Bestraling, amputatie en chemotherapie werden voorgesteld, maar Millecam weigerde. Gebedsgenezeres Jomanda adviseerde geen operatie te ondergaan en ook andere alternatieve artsen stelden dat het geen kanker was. Uiteindelijk overleed Millecam in de zomer van 2001 aan de gevolgen van uitgezaaide borstkanker. Door het Openbaar Ministerie, de Inspectie voor de Gezondheidszorg en het Medisch Tuchtcollege werden onderzoeken ingesteld. Drie artsen werden geschorst wegens misleiding, onkunde en het onnodig laten lijden van Millecam. Jomanda werd vrijgesproken maar twee andere alternatieve artsen kregen een voorwaardelijke celstraf. Materiaal: foto, knoopjes Fotograaf: onbekende fotograaf [/expander_maker] | (1915-1942) Jazztrompetist en bandleiderInzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.BeschrijvingOpgegroeid in een zeer muzikale Joodse familie, moet Clara al jong in aanraking zijn gekomen met het trompetspel van haar broer Louis. Hij stond bekend als ‘the Dutch Armstrong’ maar overleed op jonge leeftijd bij een auto-ongeluk. Clara leerde de trompet te bespelen en werd op zestienjarige leeftijd opgemerkt door de Rus Leo Selinsky. Hij toerde met zijn band de Blue Jazz Ladies door Europa en Clara ging mee maar bij thuiskomst sloot ze zich aan bij de Schirmann Jazz Girls. Met deze band trad ze in diverse landen op. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] Een vrouwelijke jazzband was nieuw in Europa maar critici namen het niet al te serieus. Clara’s talent werd echter wel opgemerkt en ze besloot een eigen orkest te beginnen: Clara de Vries and her Jazz-ladies. Haar trompetspel werd gewaardeerd en ze behoorde tot de beste Nederlandse danstrompettisten. Ook Louis Armstrong was onder de indruk van haar trompetgeluid: “‘That Louis De Vries, he had a sister Clara with a ladiesband. Oh boy, she could play that horn!” Clara trouwde in 1936 met trompettist Willy Schobbe(n) maar met de inval van de Duitsers werd het steeds moeilijker voor de Joodse Clara om op te treden. Hoewel steeds duidelijker werd hoe ernstig de situatie was, wilde Clara niets weten van onderduiken. Samen met haar ouders werd ze op 15 oktober 1942 op transport naar Westerbork gesteld. Vier dagen later volgde de reis naar Auschwitz. Na aankomst werd ze direct vermoord. Tegenwoordig herinnert een straat in Rotterdam aan Clara. Van haar trompetspel zijn helaas een geluidfragmenten bekend of bewaard gebleven. Materiaal: foto, textiel, borduurdraad Fotograaf: onbekende fotograaf [/expander_maker] |
Content | ||||||
Weight | ||||||
Dimensions | N/B | N/B | N/B | N/B | N/B | N/B |
Additional information |