Anna Maria Francisca Salomons

600,00 incl. btw

(Ada Gerlo) (1885-1980) Schrijver

Inzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik.
Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.

Beschrijving

Anna (Annie) Salomons groeide op in Rotterdam op het terrein van de gasfabriek waar haar vader directeur was. Op zestienjarige leeftijd debuteerde Salomons met een aantal verzen in Jong Holland. Johan de Meester, kunstredacteur bij de Nieuwe Rotterdamsche Courant, waardeerde haar werk en plaatste een gedicht in de krant. Hij ontfermde zich over haar en introduceerde  Salomons in de literaire wereld. In 1903 droeg hij haar voor als lid van de Vereniging van Letterkundigen en bracht haar in contact met uitgeverij Van Dishoeck, die haar eerste bundel uitgaf in 1905: Verzen, I. Salomons begon aan een studie rechten in Leiden, verhuisde naar Utrecht, maar maakte de studie niet af. Ze keerde terug naar haar ouders die inmiddels in Den Haag woonden.

Lees meer

Add to Wishlist
Add to Wishlist

Quick Comparison

SettingsAnna Maria Francisca Salomons removeHelene Kröller-Müller removevan marxveld removeKartini removeFien de la Mar removeAnnette Wiea Luka Poelman remove
NameAnna Maria Francisca Salomons removeHelene Kröller-Müller removevan marxveld removeKartini removeFien de la Mar removeAnnette Wiea Luka Poelman remove
Image
SKU
Rating
Price600,00 incl. btw600,00 incl. btw600,00 incl. btw600,00 incl. btw600,00 incl. btw600,00 incl. btw
Stock

Uitverkocht

Uitverkocht

Uitverkocht

AvailabilityUitverkochtUitverkochtUitverkocht
Add to cart

Toevoegen aan winkelwagen

Toevoegen aan winkelwagen

Lees meer

Lees meer

Lees meer

Toevoegen aan winkelwagen

Description

(Ada Gerlo) (1885-1980) Schrijver

Inzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.

Beschrijving

Anna (Annie) Salomons groeide op in Rotterdam op het terrein van de gasfabriek waar haar vader directeur was. Op zestienjarige leeftijd debuteerde Salomons met een aantal verzen in Jong Holland. Johan de Meester, kunstredacteur bij de Nieuwe Rotterdamsche Courant, waardeerde haar werk en plaatste een gedicht in de krant. Hij ontfermde zich over haar en introduceerde  Salomons in de literaire wereld. In 1903 droeg hij haar voor als lid van de Vereniging van Letterkundigen en bracht haar in contact met uitgeverij Van Dishoeck, die haar eerste bundel uitgaf in 1905: Verzen, I. Salomons begon aan een studie rechten in Leiden, verhuisde naar Utrecht, maar maakte de studie niet af. Ze keerde terug naar haar ouders die inmiddels in Den Haag woonden. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] Als romanschrijver debuteerde Salomons in 1907 met Een meisje-studentje waarin ze het universitaire mannenbolwerk in Leiden als onderwerp behandelde. Het zorgde voor grote oproer en werd een heus verkoopsucces. Een tweede bundel gedichten verscheen in 1910, Verzen II. De moeilijkheden die een intelligente jonge vrouw meemaakt terwijl zij zich staande probeert te houden, waren ook in later werk een thema. Onder het pseudoniem van Ada Gerlo publiceerde ze Langs het geluk (1913), Herinneringen van een onafhankelijke vrouw (1915) en Daadlooze droomen (1919). Deze laatste titel werd maar liefst vijftien keer herdrukt.  Naast haar literaire werk schreef Salomons wekelijks columns in De Nieuwe Groene en De Amsterdammer/ De Groene Amsterdammer. Dit deed ze vooral om inkomsten te genereren. Haar columns bevatten met regelmaat persoonlijke details waarbij ze haar eigen onzekerheden niet verborg. De directe omgeving, maar ook de wereld in brede zin, werden nauw gevolgd en beschreven. Met haar trouwen in 1924 was er ook een afscheid van het ouderlijk huis. Samen met haar man, Henri van Wagening, vertrok Salomons naar Nederlands-Indië. Daar bleef ze schrijven en columns en een essaybundel volgde. Het paar keerde in 1927 terug naar Nederland omdat het Indische klimaat slecht beviel. Als vertaler had Salomons succes met Van het Westelijk front geen nieuws van Remarques. Na de oorlog herleefde haar succes met Herinneringen uit den ouden tijd: aan schrijvers die ik persoonlijk heb gekend. Salomons was erelid van de PEN-club, lid van de Vereniging van Letterkundigen en de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde. Ook werd ze Officier in de Orde van Oranje-Nassau. Voor haar oeuvre ontving ze op haar negentigste de Jacobsonprijs. In 1980 overleed Salomons in Den Haag. Materiaal:   foto, digitaal bewerkt Fotograaf:  onbekende fotograaf [/expander_maker]

(Julie Emma Laura) (1869-1939) Kunstverzamelaar

Inzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.

Beschrijving

De Duitse Helene Müller groeide op in een ondernemersgezin in Dortmund en Düsseldorf. Ze was leergierig en verdiepte zich het liefste in boeken, maar haar ouders vonden dat niet goed voor een meisje. Op aandringen van haar vader accepteerde Müller een huwelijksaanzoek van de Nederlandse Anton Kröller, de broer van de medevennoot van vader Müller. Op achttienjarige leeftijd vertrok Müller met haar man naar Rotterdam. Ze waren niet in gemeenschap van goederen getrouwd waardoor Müller altijd kon beschikken over haar eigen vermogen. In 1889 beviel Helene Müller van een dochter. Drie zoons zouden nog volgden. De zaken van haar man liepen goed en in 1901 betrok het gezin een villa aan de rand van Den Haag. Via haar dochter kwam Helene in contact met kunstcriticus en kunstpedagoog Henk Bremmer. Onder zijn invloed begon ze met het verzamelen van kunst en in 1907 benoemde ze Bremmer tot adviseur. Zo wist hij een grote stempel te drukken op Kröller-Müllers verzameling. Vooral Van Gogh was bij beiden een geliefd kunstenaar. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] In die periode leerde Kröller-Müller ook Sam van Deventer kennen. Hij was een schoolgenoot van haar kinderen maar was zo geliefd dat hij min of meer werd opgenomen in het gezin. Tussen Van Deventer en Kröller-Müller ontstond een hechte vriendschap. Vanwege een ingrijpende operatie was ze anders naar het leven gaan kijken. Ze wilde een museum achterlaten waar de ontwikkeling van de moderne kunst getoond kon worden gemaakt. Tussen 1907 en 1919 kocht Kröller-Müller voor 1,2 miljoen gulden aan kunst, vaak ook van relatief onbekende kunstenaars, zoals bijvoorbeeld Bart van der Leck. In 1913 werd een tentoonstelling gehouden met alle Van Goghs uit de collectie van Kröller-Müller in het kantoor van Müller & Co in Den Haag. De expositie was een succes en een deel van het kantoor bleef in gebruik als expositieruimte voor de collectie van Kröller-Müller. Het was de eerste permanente expositie van moderne kunst in Nederland. Hoewel ze eerst een museum in Wassenaar voor ogen had, werd haar blik gericht op de Veluwe. Daar had het echtpaar een stuk land gekocht dat in eerste instantie kon dienen als jachtgebied voor Anton Kröller. In 1914 besloot Helene dat het museum ook hier moest komen. Maar in de jaren twintig en dertig liepen de zaken van Müller & Co terug. De bouw van het museum moest worden stilgelegd. Ook de collectie werd niet verder uitgebreid. De perikelen deden Kröller-Müller realiseren dat de collectie gevaar liep door de verbinding met het bedrijf. De verzameling werd daarom ondergebracht in de Stichting Kröller-Müller. Uiteindelijk verkocht het echtpaar het landgoed Hoge Veluwe in 1935 aan de Stichting Het Nationale Park de Hoge Veluwe. De collectie werd twee jaar later aan de Staat geschonken met de voorwaarde dat deze in een museum werd ondergebracht. Op 25 juni 1938 opende Rijksmuseum Kröller-Müller officieel de deuren. Anderhalf jaar later overleed Helene Kröller-Müller. Ze werd opgebaard tussen haar geliefde Van Goghs en later begraven op het landgoed Hoge Veluwe. Materiaal:   foto, digitaal bewerkt Fotograaf:  onbekende fotograaf [/expander_maker]

(1864-1908) Onderwijzer en directeur van het Nationaal Bureau voor Vrouwenarbeid

Inzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.

Beschrijving

Hendrika Jungius volgde een opleiding tot lerares aan de Kweekschool in Haarlem. Ze startte haar loopbaan in Den Haag. Daar richtte ze met C. van der Hucht-Kerckhoven en Suze Groshans in 1891 de Kinderbond op, voorloper van de tegenwoordige Kinderbescherming. Toen in 1895 de oprichting definitief was, verliet Jungius het onderwijs en ging ze aan de slag als secretaresse van Van der Hucht bij de Kinderbond. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] In datzelfde jaar werd ze gevraagd om zich bezig te houden met een tentoonstelling over vrouwenarbeid. Jungius tekende het ontwerp voor het tentoonstellingsgebouw, de tentoonstellingszalen en bepaalde de inrichting van een aantal zalen. Ook hield ze twee lezingen over de Kinderbond en het onderwerp  vivisectie. De tentoonstelling werd een groot succes. Jungius hield zich ook bezig met het vrouwenkiesrecht. Van 1897 tot 1900 was ze president van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht in Den Haag. Met de baten van de expositie over vrouwenarbeid werd in 1901 het Nationaal Bureau voor Vrouwenarbeid opgericht, waarvan Jungius de eerste zeven jaar directeur zou zijn. Bij het bureau verschenen allerlei brochures over de positie van de werkende  vrouw in verschillende werkomgevingen. Voor elke brochure schreef Jungius het voorwoord. Het werk voor het bureau betekende wel het einde van Jungius’ werkzaamheden bij de Kinderbond. Na haar dood in 1908 richtten medewerkers en medestanders het  Marie Jungius-Fonds op waaruit overwerkte of zieke vrouwen een toelage konden krijgen om weer op krachten te komen. Materiaal:   foto, glazen belvormen, touw Fotograaf:  onbekende fotograaf [/expander_maker]

(Raden Adjeng Kartini) (1879-1904) Pionier voor de rechten van Javaanse vrouwen

Inzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.

Beschrijving

Kartini was de oudste dochter van Ngasirah, de bijvrouw van de regent van Djepara, Raden Mas Sosroningrat. Van haar vader kreeg Kartini haar adellijke titel. De  mannelijke leden van Kartini’s familie behoorden tot de Javaanse aristocratie die carrière maakte in het inheemse koloniale bestuur. Ze zagen zich als partners van de Nederlanders en zodoende vonden ze dat ze bepaalde Europese normen over moesten nemen.  Kartini kreeg dan ook les van een Nederlandse gouvernante om haar klaar te stomen voor de School voor Europeanen in Djepara. In 1885 ging ze  inderdaad naar deze lagere school waar nog nauwelijks Javaanse meisjes op zaten. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] Op school boden boeken haar de mogelijkheid om bepaalde situaties met elkaar te vergelijken. Bovendien zag ze ook bij haar klasgenoten dat dingen anders konden gaan. Meisjes uit de Javaanse elite waren voorbestemd voor de rol van eerste echtgenote, Europese meisjes maakten kans op een carrière en een monogaam huwelijk. Na de lagere school werd Kartini thuisgehouden, in afwachting van een gearrangeerd huwelijk, terwijl haar broers door leerden. Met de komst van de nieuwe Nederlandse ambtenaar Ovink veranderde de situatie van Kartini. Dagelijks werden Kartini en haar zussen in een geblindeerd rijtuig naar Ovink gereden om daar conversatieles te volgen bij Marie Ovink-Soer. De lessen liepen uit op discussies over rechten van vrouwen, carrières en hun visie op de maatschappij. In 1899, na het vertrek van de Ovink, zocht Kartini via een advertentie een Nederlandse penvriendin. De jonge, ongetrouwde en zelfstandige Stella Zeehandelaar reageerde. Vanwege haar artikelen in Nederlandstalige tijdschriften die ze schreef onder het pseudoniem ‘Het klaverblad’ werd Kartini bekend. Ook droeg ze bij aan de Tentoonstelling voor Vrouwenarbeid in 1898. De nieuwe directeur van het Departement van Onderwijs, J.H. Abendanon, reisde door Java om de situatie van het onderwijs te bespreken. Kartini wilde hij  persoonlijk ontmoeten om hierover te praten. Ze zouden blijven corresponderen. Uit de brieven, ook naar Rosa Abendanon-Mandri, blijkt dat er bij de familie en Nederlandse ambtenaren weerstand is tegen haar plannen voor verder onderwijs en een eigen carrière. Kartini had voor ogen dat meisjes vrij moesten zijn in hun keuze voor een echtgenoot of om alleen te blijven.  Ze stelde studiekringen samen voor jongeren om van gedachte te kunnen wisselen. Voor dorpsmeisjes wilde ze een beroepsopleiding en les in de basisbeginselen  van de gezondheidszorg. De trots op de eigen cultuur moest worden gestimuleerd. Zelf wilde Kartini naar Nederland en dankzij haar contacten kreeg ze een beurs. Maar de macht van haar familie was te groot. Kartini begon daarop een schooltje aan huis. Niet lang daarna volgde het huwelijk met het hoofd van het district Rembang. Kartini zou als eerste echtgenoot moeder worden van zeven van zijn kinderen en samenwonen met drie bijvrouwen. De briefwisseling tussen Kartini en het echtpaar Abendanon en andere brieven werden gepubliceerd door Abendanon. De brieven zijn een belangrijk verslag van de sociale en politieke gebeurtenissen en de rol van de Javaanse elite.  Vandaag de dag wordt Kartini in Indonesië geëerd als onderwijspionier. Over haar strijd tegen zaken als polygamie en kindhuwelijken wordt gezwegen. Materiaal:   foto, collage, draad, houten hertje en kralen Fotograaf:  Tidak Diketahui [/expander_maker]

(Josephina Johanna Klopper) (1898-1965) Acteur en cabaretier

Inzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.

Beschrijving

Fien de la Mar kwam uit de derde generatie toneelspelers uit een Joodse familie. Ze was vernoemd naar Josephine de Beauharnais en haar vader was vernoemd naar Napoleon. De la Mar volgde de HBS in Rotterdam, maar maakte haar opleiding niet af. In 1916 debuteerde ze in het theater bij Louis Davids in de revue Had je me maar. In 1922 leerde De la Mar in Amsterdam Piet Grossouw kennen. Met hem zou ze in 1941 trouwen. Toch zou De la Mar in de tussentijd verschillende affaires hebben. Haar eerste grote rollen speelde ze in Rotterdam. Zowel in komedies als serieuzere stukken, maar ook als zanger en cabaretier had ze succes. In 1934 speelde ze in De Jantjes en Bleeke Bet, de eerste Nederlandse films met geluid. Het leverde haar bekendheid op bij het grote publiek. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] Vanwege haar niet-Joodse moeder mocht De la Mar blijven optreden tijdens de oorlog. In 1943 hield dat op omdat ze zich weigerde aan te sluiten bij de Duitse Kultuurkamer. Na de bevrijding maakte ze haar comeback als cabaretier en acteur onder de naam Fien de la Mar. Met haar man richtte ze in 1947 Theater De la Mar op aan de Amsterdamse Marnixstraat. Commercieel was het geen succes en in 1952 nam Wim Sonneveld het over. Hij gaf het theater de naam Nieuwe de la Mar Theater. Na de dood van haar man in 1957 deed De la Mar een zelfmoordpoging. Deze slaagde niet, maar betekende wel een breuk met vrienden en collega’s. Ze vervreemdde van hen en kreeg vrijwel geen werk meer. Wim Ibo en Simon Carmiggelt introduceerden haar in 1958 toch bij de televisie. Ze zong liedjes in het programma van Ibo en zou later ook optreden in Ibo’s Cabaretkroniek. Haar laatste optredens waren in de televisiereeks Vrouwenlevens in 1964. Op eerste paasdag 1965 sprong De la Mar uit het raam van haar flat. Niet veel later overleed ze. In 1982 werd de musical Fien, over het leven van De la Mar, voor het eerst opgevoerd. En hoewel het De la Mar Theater werd afgebroken, volgde er in 2005 een doorstart als DeLaMar dat onder leiding staat van Joop van den Ende. Materiaal:   foto, collage, textiel Fotograaf:  Jacob Merkelbach [/expander_maker]

(1853-1914) Feminist en uitgever

Inzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.

Beschrijving

Annette Poelman was de dochter van een vooruitstrevende predikant die ook politiek actief was in de Tweede Kamer. Poelman leerde om onderwijzer te worden maar zou het beroep nooit uitoefenen. Ze trouwde in 1876 met Willem Versluys, boekhandelaar en uitgever in Groningen. Het gezin verhuisde in 1882 naar Amsterdam. Verschillende Tachtigers publiceerden hun werk bij Versluys en ook De Nieuwe Gids werd door Versluys uitgegeven. Poelman stond zo dicht op de culturele leven en de politieke avant-garde in de hoofdstad. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] Met de oprichting van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht (VVK) in 1894 besloot Poelman toe te treden tot het bestuur. Ze reisde stad en land af om de VVK en haar doelstellingen bekendheid te geven en lokale afdelingen op te richten. Als president mengde ze zich voortdurend actief in het debat over de rol van vrouwen in de maatschappij. In 1901 was ze medeoprichter van de Vrijzinnig Democratische Bond die algemeen kiesrecht voor meerderjarige mannen en vrouwen als belangrijkste punt had. Ook binnen de uitgeverij was Poelman actief. Ze voerde sinds 1894 het contact met auteurs en deed de financiële administratie van het bedrijf. De uitgeverij zou na dat jaar ook diverse feministische uitgaven verzorgen. Poelman was in 1897 medeoprichtster van de Vereeniging ‘Onderlinge Vrouwenbescherming’ (OV) die erop gericht was financiële en andersoortige steun te bieden aan ongehuwde moeders en hun kinderen. In 1905 richtte ze een tehuis op, Tehuis Annette, dat onderdak verleende aan bovengenoemde groep. Hier werden moeders overtuigd hun kind niet af te staan, maar werden zij geholpen om werk te vinden en voor het kind te zorgen. Na de oprichting van het tehuis besloot Poelman zich voornamelijk te richten op de uitgeverij en Tehuis Annette. Wel tekende ze als een van de weinige vrouwen in 1912 de oproep van het Nederlandsch Wetenschappelijk Humanitair Komitee om voor homoseksuelen geen andere wetten te creëren dan voor andere burgers. Op 10 februari 1914 overleed Annette Poelman. Ze werd op haar laatste tocht naar het station, op weg naar Bremen, begeleid door honderden feministes. De kist was bedekt met een vlag in de kleuren geel en wit, de kleuren die symbool stonden voor het vrouwenkiesrecht. Materiaal:   foto, textiel, vilt, stiksels Fotograaf:  onbekende fotograaf [/expander_maker]
Content
WeightN/BN/BN/BN/BN/BN/B
DimensionsN/BN/BN/BN/BN/BN/B
Additional information
Select the fields to be shown. Others will be hidden. Drag and drop to rearrange the order.
  • Image
  • SKU
  • Rating
  • Price
  • Stock
  • Availability
  • Add to cart
  • Description
  • Content
  • Weight
  • Dimensions
  • Additional information
  • Attributes
  • Custom attributes
  • Custom fields
Click outside to hide the comparison bar
Compare