Elisabeth Johanna Hasebroek
€600,00 incl. btw
(1811-1887) Romanschrijver, publicist en vertaler
Inzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik.
Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.
Beschrijving
Elisabeth Hasebroek groeide op in een religieus gezin als oudste van negen kinderen. In 1836 verhuisde ze mee naar Heiloo waar haar broer Johannes Petrus predikant was geworden. Hasebroek nam het huishouden van haar broer op zich. Petrus was niet alleen predikant maar ook auteur. Hij bezat een behoorlijke bibliotheek en letterkundigen bezochten de pastorie regelmatig. De literaire kring rond Petrus werd bekend als de ‘Kring van Heiloo’. Hasebroek zou in die context haar belangrijkste werk schrijven. In 1838 verscheen Hasebroeks eerste roman, Te laat, over een ongelukkige liefdesgeschiedenis. Het boek, dat anoniem verscheen, kreeg goede kritieken. Een tweede roman volgde snel, Elize. Ook deze titel werd goed ontvangen. In de daaropvolgende twee jaar verschenen nog twee publicaties. In haar werk was de verhouding tussen de seksen een belangrijk thema. Zij achtte zielsverwantschap tussen man en vrouw van groot belang voor een gelijkwaardige relatie. Later legde Hasebroek zich steeds meer toe op het schrijven van stichtelijke werken, onder invloed van de protestantste Réveilbeweging. Hasebroek en haar broer verhuisden in 1843 naar Breda. Na zijn huwelijk in 1847 vertrok Hasebroek naar Wijk bij Duurstede. Samen met barones Van Ittersum richtte ze een zondagsschool op en bezocht ze de zieken. Steeds meer stelde ze haar leven in dienst van anderen. Wel publiceerde ze nog een aantal stichtelijke werken en vertalingen. In 1887 overleed Hasebroek. Hoewel ze tijdens het eerste deel van haar carrière werd geroemd vanwege de uitgebreide uitwerking van de psychologische aspecten van haar karakters, is Hasebroek niet tot de canon van de Nederlandse schrijvers gaan behoren. Materiaal: foto, gedroogde rozenblaadjes Fotograaf: H.W. Last/A.J.Ehnle
Quick Comparison
Settings | Elisabeth Johanna Hasebroek remove | Leonie van Nierop remove | Renate Ida Rubinstein remove | Maria Elize Baart remove | Cornelia Scheffer remove | Anna Maria Francisca Salomons remove |
---|---|---|---|---|---|---|
Name | Elisabeth Johanna Hasebroek remove | Leonie van Nierop remove | Renate Ida Rubinstein remove | Maria Elize Baart remove | Cornelia Scheffer remove | Anna Maria Francisca Salomons remove |
Image | ![]() | ![]() | ![]() | ![]() | ![]() | ![]() |
SKU | ||||||
Rating | ||||||
Price | €600,00 incl. btw | €600,00 incl. btw | €600,00 incl. btw | €600,00 incl. btw | €600,00 incl. btw | €600,00 incl. btw |
Stock | ||||||
Availability | ||||||
Add to cart | ||||||
Description | (1811-1887) Romanschrijver, publicist en vertalerInzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.BeschrijvingElisabeth Hasebroek groeide op in een religieus gezin als oudste van negen kinderen. In 1836 verhuisde ze mee naar Heiloo waar haar broer Johannes Petrus predikant was geworden. Hasebroek nam het huishouden van haar broer op zich. Petrus was niet alleen predikant maar ook auteur. Hij bezat een behoorlijke bibliotheek en letterkundigen bezochten de pastorie regelmatig. De literaire kring rond Petrus werd bekend als de ‘Kring van Heiloo’. Hasebroek zou in die context haar belangrijkste werk schrijven. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] In 1838 verscheen Hasebroeks eerste roman, Te laat, over een ongelukkige liefdesgeschiedenis. Het boek, dat anoniem verscheen, kreeg goede kritieken. Een tweede roman volgde snel, Elize. Ook deze titel werd goed ontvangen. In de daaropvolgende twee jaar verschenen nog twee publicaties. In haar werk was de verhouding tussen de seksen een belangrijk thema. Zij achtte zielsverwantschap tussen man en vrouw van groot belang voor een gelijkwaardige relatie. Later legde Hasebroek zich steeds meer toe op het schrijven van stichtelijke werken, onder invloed van de protestantste Réveilbeweging. Hasebroek en haar broer verhuisden in 1843 naar Breda. Na zijn huwelijk in 1847 vertrok Hasebroek naar Wijk bij Duurstede. Samen met barones Van Ittersum richtte ze een zondagsschool op en bezocht ze de zieken. Steeds meer stelde ze haar leven in dienst van anderen. Wel publiceerde ze nog een aantal stichtelijke werken en vertalingen. In 1887 overleed Hasebroek. Hoewel ze tijdens het eerste deel van haar carrière werd geroemd vanwege de uitgebreide uitwerking van de psychologische aspecten van haar karakters, is Hasebroek niet tot de canon van de Nederlandse schrijvers gaan behoren. Materiaal: foto, gedroogde rozenblaadjes Fotograaf: H.W. Last/A.J.Ehnle [/expander_maker] | (1879-1960) Historicus en eerste vrouwelijke doctor in de staatswetenschappenInzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.BeschrijvingLeonie van Nierop groeide op in Amsterdam in een welvarend Joods gezin. Vader Frederik van Nierop was president-directeur van de Amsterdamsche Bank, voorloper van ABN Amro. Daarnaast was hij lid van de gemeenteraad, Provinciale Staten en vanaf 1899 van de Eerste Kamer. Leonie van Nierop haalde haar diploma aan de Hogere Burgerschool voor Meisjes en wilde graag verder studeren. In navolging van haar vader ging ze rechten studeren, maar specialiseerde zich na haar doctoraal in de staatswetenschappen. In 1905 promoveerde ze op De bevolkingsbeweging der Nederlandsche stad, een sociaal-economische geschiedenis van Hollandse steden. Met het proefschrift was ze een van de eerste Nederlandse vrouwen die op een historisch onderzoek promoveerde. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] Haar wetenschappelijke carrière zou Van Nierop vervolgen in de economische geschiedenis, omdat een aparte studie geschiedenis toen nog niet bestond. In 1910 kreeg ze de opdracht het derde deel van een bronnenreeks over de Levantse handel te verzorgen in de reeks Rijks Geschiedkundige Publicatiën (RGP). Drie jaar later werd ze lid van de gemeentelijke Commissie van Toezicht op het Lager Onderwijs, het Historisch Genootschap en zette ze zich in voor de oprichting van een Openbare Leeszaal. Van Nierop schreef tientallen artikelen voor het Genootschap Amstelodamum en het Nederlandsch Economisch-Historisch Archief, evenals voor het Tijdschrift voor Geschiedenis. Vanwege de dood van haar moeder in 1925 verhuisde Van Nierop naar Hotel des Pays Bas in de Doelenstraat. Ze bleef actief in allerlei besturen, zoals van de Vereniging voor Verbetering van Vrouwenkleding, het Leesmuseum voor Vrouwen en het Sanatorium Hoog Laren. In 1938 volgde een verhuizing naar Washington D.C. in de Verenigde Staten vanwege de dreiging uit Duitsland. Na de oorlog kwam ze elk voorjaar terug naar Nederland. Ondanks haar leven in de VS bleef Van Nierop artikelen schrijven voor Genootschap Amstelodamum. Haar zus schonk na haar overlijden een aanzienlijk bedrag aan het genootschap, waarmee verschillende publicaties konden worden betaald. Aan de bibliotheek van het Congres in Washington legateerde Van Nierop haar verzameling zeldzame boeken over de historie van Amsterdam. Materiaal: foto, collage Fotograaf: onbekende fotograaf [/expander_maker] | (Tamar) (1929-1990) ColumnistInzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.BeschrijvingRenate Rubinstein vluchtte in 1935 met haar ouders van Berlijn naar Londen. In 1938 kwam het gezin in Amsterdam aan. Haar vader werd in 1940 opgepakt en in 1942 in Auschwitz vermoord. Omdat de rest van het gezin niet joods was, overleefden ze de oorlog. Rubinstein zat op het Vossiusgymnasium in Amsterdam en debuteerde in schoolkrant Vulpes. In 1955 schreef ze zich in op de Gemeente Universiteit (de tegenwoordige UvA) om politieke en sociale wetenschappen te studeren. Ze schreef voor het Nieuw Israëlitisch Weekblad en was hoofdredacteur van Propria Cures, het studentenweekblad. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] Rubinstein startte in 1961 met haar wekelijkse column in Vrij Nederland onder het pseudoniem Tamar. In 1964 kwam een eerste bundel met columns uit. Na een eerste huwelijk met Aad Nuis trouwde Rubinstein in 1971 met filosoof Jaap van Heerden die ook voor Propria Cures had geschreven. Naast het schrijven hield Rubinstein zich bezig met de protesten tegen de Vietnamoorlog en het huwelijk van Beatrix met Claus von Amsberg. Tijdens haar reis naar Israël maakte ze de Zesdaagse Oorlog mee. Ze schreef een kritisch verslag van haar belevenissen en beschreef daarin de noodzaak van een Palestijnse staat. Dat laatste zorgde voor veel ophef. Vanaf 1966 hield Rubinstein zich bezig met het redigeren van de memoires van de Joodse immigrant Fryderyk Weinreb. Weinreb zou tijdens de Tweede Wereldoorlog joden van de ondergang hebben willen redden. Hij zette daartoe een (fictief) emigratiebureau op en hield joden voor, tegen betaling, een overtocht naar veilig gebied te kunnen regelen. Joden op de Weinreb-lijst werden eerst inderdaad gespaard, maar later bleek deze toch geen bescherming te kunnen bieden. In 1948 kreeg Weinreb zes jaar gevangenisstraf opgelegd maar vanwege gratie zou hij niet veel van zijn straf uitzitten. De biografie, onder redactie van Rubinstein en Nuis, was het begin van de Weinrebaffaire. Tegenstanders als W.F. Hermans en Henriette Boas betoogden dat Weinreb een collaborateur was en geld had verdiend aan de Jodenvervolging. Daarnaast bleken diverse zaken in het boek niet te kloppen. De Weinreb-affaire zorgde voor grote ophef, ook rond de persoon van Rubinstein die te goedgelovig zou zijn geweest en het voortdurend, onterecht zo bleek, voor Weinreb had opgenomen in haar Tamar-columns. In 1977 werd bij Rubinstein multiple sclerose vastgesteld. Voor die tijd reisde ze nog naar China, een reis die ze kritisch vastlegde in haar Klein Chinees Woordenboek. Ook dit werk zorgde voor onrust. Harry Mulisch was vol lof over China, Rudy Kousbroek steunde juist de kritische visie van Rubinstein. Vanaf 1977 deelde Rubinstein haar leven (in het geheim) met Simon Carmiggelt. Ze beschreef haar fysieke achteruitgang in haar bundel Nee heb je. Op uitnodiging van het Koninklijk Huis interviewde ze prins Willem Alexander. Dat resulteerde in het boek Alexander. In 1990 zou ze haar verhouding met Carmiggelt onthullen in haar werk Mijn beter ik. Op 23 november van dat jaar overleed Rubinstein. Ze won diverse prijzen voor haar werk waaronder de Lofprijs van het Lucas-Ooms Fonds, de Multatuliprijs, de Jan Greshoffprijs en Hélène de Montignyprijs. In 2007 nam het Letterkundig Museum haar op in zijn eregalerij als ‘de eerste columniste van Nederland’. Materiaal: foto, digitaal bewerkt Fotograaf: onbekende fotograaf [/expander_maker] | (1854 - 1879) Feminist, VoordrachtskunstenaarInzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.BeschrijvingElize Baart werd geboren in een middenstandsgezin in Middelburg als derde van vier dochters. Vader Baart was cultureel goed ontwikkeld en liet zijn dochters moderne talen leren. Ook liet hij hen kennismaken met literatuur uit binnen- en buitenland. Vader Baart was namelijk van mening dat zijn dochters op eigen benen moesten kunnen staan zodat zij niet gedwongen zouden zijn te trouwen. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] Als negentienjarige had Elize Baart in 1873 net haar eerste novelle voltooid over drie zussen die het huwelijk afwezen en in plaats daarvan voor een loopbaan kozen. Het lukte haar de novelle bij de feministe Mina Kruseman te krijgen. Kruseman zorgde dat het verhaal onder de titel Geëmancipeerden gepubliceerd werd in het maandblad Europa. In datzelfde jaar volgden nog twee novellen. Met Kruseman speelde Baart in 1875 in het stuk Vorstenschool van Multatuli. De kritieken waren goed, maar Multituli was ontevreden. Hij liet de spelers vervangen. Kruseman en Baart vertrokken en gingen op tournee door Nederland met een stuk van Kruseman. Hoewel het ‘grote toneel’ lonkte en er een uitnodiging was van het Nederlandsch Toneel, bleef de toneelcarrière van Baart beperkt. Baart ontmoette in 1876 Bastiaan Korteweg, een vrijdenker met antimilitaristische ideeën. De relatie zorgde voor een breuk tussen Baart en Kruseman. Aan het einde van dat jaar ging Baart opnieuw op tournee, maar de reacties waren niet bijzonder positief. Later publiceerde ze nog een aantal keer, waaronder een opvallend pleidooi voor het gebruik van voorbehoedsmiddelen. Waarschijnlijk was Baart de eerste vrouw in Nederland die dit openbaar deed. Elize Baart trouwde in 1879 met Bastiaan Korteweg. Ze verhuisden naar Groningen, maar het huwelijk zou niet lang duren. Na acht maanden pleegde het echtpaar zelfmoord door in elkaars armen cyaankali te nemen.Het tweetal liet het bericht achter het leven moe te zijn en het nirwana binnen te willen gaan. Elize Baart zou niet ouder worden dan 24 jaar. Materiaal: foto, digitaal bewerkt Fotograaf: Albert Greinier [/expander_maker] | (1830-1899) Beeldhouwer, schilder en tekenaarInzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.BeschrijvingCornelia Scheffer was de dochter van de bekende kunstenaar Ary Scheffer. Wie haar moeder was is niet met zekerheid te zeggen. Tot haar zevende werd ze in het geheim grootgebracht op het platteland. In 1837 volgde een verhuizing naar Parijs onder begeleiding van haar oma. Ze trokken in bij Ary Scheffer in de kunstenaarswijk Nouvelle Athène. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] Scheffer was vaak in het atelier van haar vader waar ze het vak van schilder en beeldhouwer leerde en ook voor haar vader poseerde. Op haar vijftiende trouwde Scheffer met de kinderarts René Marjolin, die achttien jaar ouder was dan Scheffer. Na het overlijden van haar vader kocht zij het huis om er met haar man in te trekken. In 1859 organiseerde ze een overzichtentoonstelling over het werk van haar vader. In de jaren zestig werkte Scheffer samen met Edouard Manet die bloemmotieven aanbracht op het aardwerk dat Scheffer ontwierp. Cornelia Scheffer overleed in 1899 en werd begraven op de begraafplaats van Montmartre. In het Dordrechts Museum kan men de marmeren linkerhand van Scheffer vinden die door een onbekende beeldhouwer gemaakt is. Een aantal stukken uit haar eigen oeuvre wordt in het Dordrechts Museum en in Museum Boijmans van Beuningen bewaard. Sculpturen van Scheffer zijn te vinden in Dordrecht en op de begraafplaats van Montmartre. Vanwege optreden van Scheffer werd Ary Scheffers nalatenschap uit zijn atelier toegezegd aan het Dordrechts Museum. Sinds 1899 beschikt het museum daarom over de grootste collectie kunstwerken van Ary Scheffer. Het ouderlijk huis in Parijs werd gelegateerd aan een achternicht en herbergt het Musée de la Vie Romantique, waar ook veel aandacht is voor het werk van Scheffer. Materiaal: foto, collage, was Fotograaf: Art Scheffer [/expander_maker] | (Ada Gerlo) (1885-1980) SchrijverInzoomen? Beweeg cursor over foto of klik vergrootglas en dubbelklik. Terug naar onze winkel of naar complete catalogus. U kunt ook op afspraak onze portretten bezichtigen.BeschrijvingAnna (Annie) Salomons groeide op in Rotterdam op het terrein van de gasfabriek waar haar vader directeur was. Op zestienjarige leeftijd debuteerde Salomons met een aantal verzen in Jong Holland. Johan de Meester, kunstredacteur bij de Nieuwe Rotterdamsche Courant, waardeerde haar werk en plaatste een gedicht in de krant. Hij ontfermde zich over haar en introduceerde Salomons in de literaire wereld. In 1903 droeg hij haar voor als lid van de Vereniging van Letterkundigen en bracht haar in contact met uitgeverij Van Dishoeck, die haar eerste bundel uitgaf in 1905: Verzen, I. Salomons begon aan een studie rechten in Leiden, verhuisde naar Utrecht, maar maakte de studie niet af. Ze keerde terug naar haar ouders die inmiddels in Den Haag woonden. [expander_maker id="4" more="Lees meer" less="Lees minder"] Als romanschrijver debuteerde Salomons in 1907 met Een meisje-studentje waarin ze het universitaire mannenbolwerk in Leiden als onderwerp behandelde. Het zorgde voor grote oproer en werd een heus verkoopsucces. Een tweede bundel gedichten verscheen in 1910, Verzen II. De moeilijkheden die een intelligente jonge vrouw meemaakt terwijl zij zich staande probeert te houden, waren ook in later werk een thema. Onder het pseudoniem van Ada Gerlo publiceerde ze Langs het geluk (1913), Herinneringen van een onafhankelijke vrouw (1915) en Daadlooze droomen (1919). Deze laatste titel werd maar liefst vijftien keer herdrukt. Naast haar literaire werk schreef Salomons wekelijks columns in De Nieuwe Groene en De Amsterdammer/ De Groene Amsterdammer. Dit deed ze vooral om inkomsten te genereren. Haar columns bevatten met regelmaat persoonlijke details waarbij ze haar eigen onzekerheden niet verborg. De directe omgeving, maar ook de wereld in brede zin, werden nauw gevolgd en beschreven. Met haar trouwen in 1924 was er ook een afscheid van het ouderlijk huis. Samen met haar man, Henri van Wagening, vertrok Salomons naar Nederlands-Indië. Daar bleef ze schrijven en columns en een essaybundel volgde. Het paar keerde in 1927 terug naar Nederland omdat het Indische klimaat slecht beviel. Als vertaler had Salomons succes met Van het Westelijk front geen nieuws van Remarques. Na de oorlog herleefde haar succes met Herinneringen uit den ouden tijd: aan schrijvers die ik persoonlijk heb gekend. Salomons was erelid van de PEN-club, lid van de Vereniging van Letterkundigen en de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde. Ook werd ze Officier in de Orde van Oranje-Nassau. Voor haar oeuvre ontving ze op haar negentigste de Jacobsonprijs. In 1980 overleed Salomons in Den Haag. Materiaal: foto, digitaal bewerkt Fotograaf: onbekende fotograaf [/expander_maker] |
Content | ||||||
Weight | ||||||
Dimensions | N/B | N/B | N/B | N/B | N/B | N/B |
Additional information |